Historiek van de Koninklijke Mechelse Schaakclub

Jan Gooris 1994

Reeds in het midden van de jaren 80 had onze toenmalige voorzitter, Marcel Roofthoofd, de gedachte geopperd om de geschiedenis van onze club op te laten tekenen. Blijkbaar zag hij in mij de geschikte man om deze klus te klaren want hij maakte mij alle bewaarde archieven over.

Een historiek schrijven is echter geen eenvoudige opdracht, en dit is ongetwijfeld één van de redenen waarom het tot nu toe nog niet gebeurde. Ik plan het clubverhaal op te splitsen in meerdere delen.

Deel 1 bespreekt de woelige jaren juist voor, tijdens en na de Tweede Wereldoorlog. De basis voor de uit deze periode beschreven clubgeschiedenis wordt gevormd door de beschikbare archiefdocumenten, het (groene) stamboek van de club alsook gesprekken met oudere clubleden (waaronder de bijna 90-jarige lsidoor Verschaeren). De originele archiefteksten heb ik in schuinschrift weergegeven.

Mogelijk wordt deel 1 nog gevolgd door een deel 2 (de jaren 50 en 60) en deel 3 (de jaren 70 en 80). Van deze perioden zijn er minder archiefdocumenten beschikbaar en bijkomende relevante informatie zal dan ook moeten komen uit interviews van "oudere" leden.

Doch niet gezeurd, laten we starten met deel 1 dat ik in verschillende paragrafen heb onderverdeeld en U presenteer in meerdere afleveringen.

 

DEEL 1 (1927 - 1949)

Aflevering 1

1. De oprichting van de club (1927):

Het verhaal begint ergens midden in de jaren 20. In deze periode is de beste Belgische speler ongetwijfeld de Gentenaar Edgar Colle. Op wereldniveau neemt hij het op tegen mannen als Euwe en Aljechin.

Mogelijk hebben zijn prestaties er enkele schaakgezinde Mechelaars (waaronder naar alle waarschijnlijk de heer Leo Ardies) toe aangezet van regelmatig samen te komen en tenslotte een club op te richten. Hoe dan ook, het is een feit dat in 1927 de "Schaakkring A° 1927" werd opgericht. Voor reden van belangrijke bestuursperikelen in de jaren 1938 zijn er mij van deze jonge schaaktelg echter geen archiefgegevens meer beschikbaar en het is mij dus onmogelijk een beschrijving te geven van het toenmalige clubleven.

De enige verwijzingen die ik nog heb kunnen terugvinden naar de eerste bestaansjaren van de club haal ik uit een handgeschreven kladtekst (van januari 1941) ter aanvraag tot aansluiting bij de Belgische Schaakbond.

Met enige moeite kan ik volgende "historieke" paragraaf ontcijferen

" ....een kleine geschiedkundige beschouwing over het ontstaan van onze club en de schaakbeweging in't algemeen te Mechelen. Deze kreeg alhier destijds na den oorlog 14-18 vorm door de ijverige werking van de heren M. Koltanowski, G. Jacobs, K. Vandersteen, wijlen W. Mees allen uit Antwerpen en de VI. Clubs uit Antwerpen en Berchem, de kringen van Leuven, St- Niklaas, Kortrijk en hiertoe destijds uitgenoodigd en gesteund door de heren Ardies, Gijsels, Pauwels, Plaquée en a. uit Mechelen. Alzo kwam het ook dat onze kring over de doopvont gehouden door de Vl. clubs aansluit bij den Vlaamsche Schaakbond en dit op't oogenblik nog is. "

 

2. De "samensmelting" met MVLO (1936):

Op 1 september 1936 wordt "De Mechelse Schaakclub MVLO" opgericht. Het betreft hier, ik citeer uit het Stamboek (goedgekeurd op 1 september 1938 !):

"Art. 1 : Onder de benaming: De Mechelse Schaakclub M.VL.O. werd den eersten September Negentien honderd zes en dertig te Mechelen eene Club gevormd voor doel hebbende de beoefening van het schaakspel in Mechelen en omgeving te bevorderen. (Samensmelting van Schaakkring Mechelen A° 1927 en enkele schakers van de Mechelse Vereeniging voor Lichamelijke Opvoeding)"

Aangezien de "Mechelse Vereeniging voor Lichamelijke Opvoeding" haar lokaal en oefenzaal in het "Salle de Paris" heeft, veronderstel ik eigenlijk dat "Schaakkring Mechelen A° 1927" voordien ook in deze infrastructuur moet gespeeld hebben. Hoe dan ook, het clublokaal wordt statutair vastgelegd door:

Art. 2 : De Club is gevestigd te Mechelen, momentaan Taveerne Salle de Paris, Bruul, Mechelen."

Taverne "Salle de Paris" was toendertijd een onderdeel van het gebouwencomplex "Salle de Paris" dat o.a, ook een cinemazaal en enkele vergaderzalen bevatte

"Salle de Paris" was gevestigd in Bruul 33-37 en had in 1938 het telefoonnummer 285 !

Overigens werd het navoegsel "MVLO" van de clubbenaming al in de herfst van 1938 ter discussie gebracht (er zijn namelijk geen schakers MVLO meer aangesloten), maar het blijft tenslotte behouden tot ergens in de jaren '50.

 

3. De afscheiding (1938):

Begin 1938 treden er belangrijke spanningen op in het bestuur van de club. Om deze moeilijkheden beter te begrijpen moet men weten dat:

- het bestuur bestond uit slechts 4 personen; de voorzitter (Max Van Hoey), de Ondervoorzitter (Fernant Bossut) en twee werkers, de secretaris/penningmeester (Edward Bodart) en de tornooileider (Albert Bodart)

- onze club toen niet aangesloten was bij de F.B.E. (Fédération Belge d'Echecs) maar wel bij de "VLAAMSCHE SCHAAKBOND" (gesticht in 1923)

- Albert Bodart zopas benoemd werd door de F.B.E. als "Délégué officiel de la F.B.E. pour Malines" en hem dit niet in dank werd afgenomen door iedereen van de club

-er in Mechelen nog een andere schaakclub bestond, "Kring Memlinc" (lokaal Onder den Toren, 12) die (waarschijnlijk) wel was aangesloten bij de F.B.E.

Begin maart plegen de bestuursleden Edward Bodart en Albert Bodart dan een "machtsgreep". Edward informeert alle leden van de club schriftelijk dat:

"Het wordt de leden der Mechelsche Schaakclub ter kennis gebracht dat, vanaf 17 Maart 1938, het lokaal der vereeniging gevestigd wordt in de café "DE BEURS", Groote Markt 11. "

De heren Bodart voegden zelf de daad bij het woord en gingen aan de "haal" met 4 of 5 schaakspelen, de gelden van de clubkas, de erebeker, het hele secretariaat en .... de archieven van de club. (Dit verklaart trouwens waarom ik niet over de oudste clubarchieven - periode 1927 tot 1938 - beschik.)

Niet iedereen ging akkoord met deze "machtsgreep" en de trouw gebleven bestuursleden konden toch een 15-tal leden overtuigen om in de oude club te blijven. De afscheiding was een feit.

De afgescheurde schaakclub gebruikte aanvankelijk ook onze eigen naam, die van "Mechelse Schaakclub". Nadat echter bleek dat beide clubs zouden blijven bestaan heeft de afgescheurde club haar naam eerst omgevormd in "Mechelen Bourse" en later in "Mechelse Schaakkring".

In januari 1941 besloot deze tot een fusie (overname ?) met "Kring Memlinc" en men bleef officieel spelen onder de benaming van "Mechelse Schaakkring". De clubavond bleef op donderdag doch het clublokaal verhuisde naar Taverne Memlinc, Onder den Toren 12.

Nog later verhuisde deze club naar een café op de IJzeren Leen nummer 33 of 35, en in de jaren '50 ging ze dan ten onder.

Uit de beschikbare archieven moet ik overigens afleiden dat "Mechelen Bourse" (later dus "Mechelse Schaakkring") duidelijk sterker en actiever was dan "Mechelen MVLO" (= onze club). Voor mij is dan ook opmerkelijk dat de "Mechelse Schaakkring", samengesteld uit studenten en universitairen, slechts een kort leven is toebedeeld en enkele jaren later verdwijnt.

4. Het stamboek (1938):

Tussen maart en september 1938 doet het nieuwe bestuur verwoede inspanningen om zich van de toegediende slag (door de familie Bodart) te herstellen.

Zowel op materieel, financieel als organisatorisch vlak moet er een en ander geregeld worden. Als eerste hulp schenken enkele clubleden spontaan een schaakspel en de heer Ardies (de nieuwe secretaris) schiet alle clubkosten voor.

In september wordt er dan ook terug vol nieuwe moed en energie vergaderd. Om de club beter te beschermen wordt er een nieuw Stamboek aangelegd waarin de "Standregels" (= clubstatuten) bepaald worden. Het Stamboek zal ook gebruikt worden om de verschillende besturen en de aansluiting van de clubleden te archiveren.

Alhoewel het stamboek door de jaren heen niet steeds even perfect geadministreerd werd, beschikken we op deze manier toch over een goede ledenlijst (1938-1962) en bestuurssamenstelling.

Bij het doornemen van deze artikelen merk je snel dat met de "goede" intenties van de jaren 1938 steeds minder en minder rekening is gehouden, en dat de geformuleerde standregels eindeloos achterhaald zijn vergeleken met onze huidige clubcultuur.

De statuten die naar mijn gevoel niet meer gekend zijn door onze huidige leden bevatten 35 artikelen (= 4 blz.).

Drie voorbeelden:

"Art 5. Een nieuw lid moet voorgesteld worden door, twee leden van de Club en aangenomen worden door het bestuur. Dit laatste kan weigeren zonder opgave van redenen. Elke aanneming gaat gepaard met een inkomgeld voorzien voor de Clubsknoop, voor afschrijving van materiaal plus de jaarlijksche bijdrage. De reden van niet aanneming kan aan de peters op hun verzoek meegedeeld worden.

Art 6. Het lidmaatschap verplicht elk aangesloten persoon uitsluitend voor de kleuren van de Mechelse Schaakclub MVLO in tornooien en matchen uit te komen en sluit alle lidmaatschap bij andere plaatselijke schaakkringen uit.

Art 34. Elk lid is verondersteld al de schikkingen te kennen vastgelegd in deze standregelen."

Gelukkig zijn enkele artikelen vandaag nog van toepassing en zijn de initiële standregels dus niet volledig verloochend. Eén voorbeeld:

"Art 26. Het bestuur is verplicht in de eerste dagen van September een algemeene vergadering op te roepen om het maatschappelijk jaar of te sluiten, in deze vergadering geeft het bestuur verslag over zijn beheer in het afgeloopen maatschappelijk jaar. "

 

5. De eerste bestuursleden (periode 1938 - 1945);

Alhoewel al de pioniers van de club onze waardering verdienen, gaat mijn bijzondere aandacht toch naar de bestuursleden

De lijst ervan ziet er als volgt uit:

1938-1939: Eere-voorzitter Van Hoey Max

Voorzitter Van Hilst Frans

Ondervoorzitter De Cock Frans

Secretaris Ardies Leo

Tornooileider Thielemans Frans

Penningmeester Steffens Manuël

1939-1940: Eere-voorzitter Van Hoey Max

Eerelid Van Hilst Frans

Voorzitter Ardies Leo

Ondervoorzitter De Cock Frans

Secretaris Frison Louis

Tornooileider Godts Jan-B.

Penningmeester Steffens Manuël

Assistent Gijsels Frans

1940-1941: Eere-voorzitter Van Hoey Max

Eerelid Van Hilst Frans

Voorzitter Ardies Leo

Ondervoorzitter De Cock Frans

Secretaris Frison Louis

Tornooileider Godts Jan-B.

Penningmeester Steffens Manuël

Assistent Gijsels Frans

1941 tot 1945: Eere-voorzitter Van Hoey Max

Eereleden Van Hilst Frans Steffens Manuël

Voorzitter Ardies Leo

Ondervoorzitter De Nies Frans

Secretaris Frison Louis

Tornooileider Godts Jan-B.

Penningmeester Verbish Albert

Assistent Gijsels Frans

Een van de grondleggers en bezielers van onze club is ongetwijfeld Leo Ardies .

In de opeenvolgende besturen vinden we zijn naam dan ook telkens terug, en vanaf 1939 vervult hij er de functie van voorzitter tot in ... 1954 (15 jaar !).

Als jonge tiener (eind jaren 60) heb ik de heer Ardies overigens enkele keren ontmoet in de club. Alhoewel hij toen al lang geen actief schaker meer was, hield hij er toch aan van Erelid te zijn en bezocht hij "zijn" schaakclub nog af en toe. Hij overleed op 13 november 1979 op 88 jarige leeftijd.

6. Het clubleven in 1938/1939:

Mede door de rijke archiefgegevens kan ik hier achtereenvolgens volgende punten belichten:

- het ledenbestand

- de financiële toestand

- de georganiseerde clubtornooien

- de relatie met de "VLAAMSCHE SCHAAKBOND"

- de deelname aan de organisaties van de VLAAMSCHE SCHAAKBOND

- de organisaties van het "SCHAAKVERBOND VAN GROOT ANTWERPEN"

De clubledenlijst zoals geacteerd in het (groene) Stamboek laat mij veronderstellen dat er rond die periode zowat 38 leden waren ingeschreven in onze club. Opmerkelijk is dat er daarvan slechts één niet in Mechelen woonde (Bonheiden)!

Van de mobiliteit zoals wij die vandaag kennen (auto, bus,...) was er toen dus duidelijk nog geen sprake!

Niettegenstaande het groot aantal leden stond de club er financieel niet zo goed voor. Uit het halfjaarlijks financieel verslag (16 maart 1939) kan ik afleiden dat het lidgeld 15 frank moest bedragen en dat gulle schenkers samen goed waren voor 225 frank. Deze schenking was overigens nodig om het bestuur toe te laten van nieuw schaakmateriaal (6 schaakborden elk à 44,5 frank) aan te kopen.

Het bestuur organiseerde twee clubtornooien om het vernieuwde clubleven te ondersteunen; - het "clubkampioenschap" - en het "theoretisch studietornooi".

Ons "clubkampioenschap 38-39" (ook "Wintertornooi" genoemd) werd gespeeld op donderdagavond met 24 deelnemers. De resultaten van de "finale" zagen er als volgt uit:

1 e Afd. Gijsels - Peeters : 0-1

2e Afd. Claessens - Ritzky : 0- 1

Vanaf donderdag 13 april 1939 startte dan het "Theoretisch Studietornooi", waarin al de deelnemers een opgelegde opening (Tarrasch verdediging) dienden te spelen:

1. d2 - d4 2. c2 - c4 3. Pb1 - c3 4. Vrij

d7 - d5 e7 - e6 c7 - c5

Uit het toen opgestelde wedstrijdreglement haal ik de twee volgende opmerkelijke fragmenten:

«Daar het er speciaal om gaat zich te oefenen worden de deelnemers uitdrukkelijk verzocht hunne partij te noteren. "

en ".... Voor den 40 zet mag slechts met toestemming van de tornooileider remise gegeven worden.'

Buiten het terug opstarten van de club heeft het bestuur vooral aandacht voor de "hegemonie" in het Mechelse. Onze club was toen aangesloten bij de "VLAAMSCHE SCHAAKBOND" en in een schrijven van 14 oktober 1938 aan de Voorzitter van de VLAAMSCHE SCHAAKBOND vind ik volgende paragraaf:

" Terloops zagen wij gaarne aan de dagorde het punt ter uiteindelijke beslissing dat wij zooals voorheen uitsluitelijk gerechtigd zijn de onder in hoofd dezes vermelde naam in den VI- S bond te fungeren, dit met het oog op het gekend incidentje dat in ons midden plaats gehad heeft. "

Enkele dagen later verstuurt de VLAAMSCHE SCHAAKBOND aan alle aangesloten kringen volgend schrijven dat ik vanwege zijn interessante inhoud volledig overneem:

"Het jaarlijksch Kongres van den bond zal dus zooals vroeger vermeld plaats hebben op Zondag 30 Oktober a.s. in het lokaal van den Schaakkring "Het Schaakbord" 44 Korte Nieuwstraat te Antwerpen. De algemene vergadering zal s'morgens om 10 uur aanvangen met de volgende Dagorde

1) Aanspraak van den voorzitter

2) Voorlezing verslagen

3) Oplossing van het geschil tusschen de twee Mechelsche schaakkringen betreffende het dragen van den naam "Mechelsche schaakclub"

4) Onze verhouding tot de Belgische Federatie

5) Allerlei.

De leden van de aangesloten kringen worden tevens uitgenoodigd deel te nemen aan de wedstrijden ingericht des namiddags om 2 uur 30' en begiftigd met verschillende prachtige prijzen. Onder meer wordt ingericht een korte snelwedstrijd in twee of drie groepen, een simultaanwedstrijd en een oplossingswedstrijd bestaande uit het oplossen van een schaakprobleem, een eindspelstudie en een eindspel.

Van 2 tot 6 uur worden de eindwedstrijden gespeeld van het persoonlijk kampioenschap van den bond tusschen:

in Eerste Klasse : A. Frankc (schaakbord) - Bodart (Mechelen)

in Tweede Klasse: A. Rey (Kortrijk) - Barthélémy (Mechelen)

in derde Klasse : H. WiIlems (Berchem) - Le Roy (Mechelen)"

(Duidelijkheidshalve wil ik preciseren dat de drie Mechelaars die hier in de finale aantreden allen ex- leden zijn, en nu behoren tot de afgescheurde club "Mechelen Bourse".)

De VLAAMSCHE SCHAAKBOND organiseerde jaarlijks massa-kampen en interclubwedstrijden.

Over de massa-kampen lees ik in de berichtgeving van april 1939 dat:

c) de massa-kamp Zeeland-Vlaanderen doorgaat op donderdag 18 mei (Hemelvaartdag) te Middelburg en dat men graag een veertigtal spelers zou opstellen .

d) en dat de massa-kamp Noord-Brabant tegen Zuid-Brabant (70 Borden !) niet kan doorgaan daar "...door de genomen militaire maatregelen, vele spelers van het schaakleven onttrokken waren..." (de mobilisatie !)

Als lid van de VLAAMSCHE SCHAAKBOND nam onze club deel aan de interclubwedstrijden. Deze wedstrijden stonden duidelijk nog in hun kinderschoenen aangezien in de "mededelingen van de Vlaamschen Schaakbond" er slechts sprake is van 7 deelnemende ploegen (Vlaams Antwerpen, Vlaams Berchem, Schaakbord, Leuven, Kortrijk, Mechelen Bourse en Mechelen MVLO) .

De interclubverplaatsingen werden betaald door de clubkas, en zo vind ik in het financieel verslag terug dat de ploegreis naar Antwerpen 15,60 fr en dat ze naar Kortrijk 85,00 fr kostte.

In deze interclubwedstrijden traden wij o.a. aan met:

"1) Fr. Gijsels 2) G. Winkler 3) L. Frison 4) Ad. Peelers"

"Mechelen Bourse" stelde o.m.:

"Alb. Bodart - F. Barthelemy - Van Gijsel - Franquet"

op, en maakte ons tijdens de onderlinge derby in de vierde ronde (30 april 1939) in met 4-0.

Als anekdote wil ik er nog op wijzen dat de interclubontmoetingen van 2 april 1939 werden uitgesteld wegens ...... de verkiezingen.

In de vooroorlogse periode bestond er ook een "SCHAAKVERBOND VAN GROOT ANTWERPEN" waarvan ik de structurele draagwijdte niet kan achterhalen. Ik veronderstel echter dat dit een voorloper moet zijn van de huidige Antwerpse Liga.

Opmerkelijk is de "mededeling Nr. 52 van 13 juni 1939 van het SCHAAKVERBOND VAN GROOT ANTWERPEN":

" Geacht medelid, Wij hebben de eer en het genoegen U mede te deelen dat de Wisselprijzen:

ZILVEREN TOREN, gewonnen door Schaakkring LASKER

ZIL VEREN DAME, ARBEIDERSSCHAAKKRING

ZILVEREN RAADSHEER, HET SCHAAKBORD

ZIL VEREN PION, HET SCHAAKBORD

Schaal voor Persoonlijk kampioenschap, gew. door Mr. STEMPLER en andere prijzen voor Persoonlijke Kampioenschappen zullen uitgereikt worden op den FEESTAVOND gevolgd door BAL door het Verbond ingericht op ZATERDAG 8 JULI om 8 U.30 in het Spijshuis VAN DYCK, bovenzaal, Korte Nieuwstraat, 44, T/S. Om de kosten te dekken wend den inkomstprijs vastgesteld op VIER FRANK. "

Merkt U ook op dat in deze berichtgeving sprake is van de wisselprijs "ZILVEREN TOREN" en "ZILVEREN RAADSHEER"(= loper)?

Zijn dit misschien de "roots" van de huidige gelijknamige Liga-organisaties "ZILVEREN TOREN" en "ZILVEREN LOPER"?

7. Het clubleven In 1939/1940:

Hier bespreek ik achtereenvolgens:

- de impact van het dreigende oorlogsgeweld

- het steriele clubleven

- de financiële voorstellen

- de bestelling van nieuw schaakmateriaal

Met de clubbrief van 5 augustus 1939 wordt aan elk clublid meegedeeld dat de "officieele bondsknopen (insignes) zijn aangekomen" en dat onze "VERPLICHTE STATUTAIRE ALGEMEENE VERGADERING" zal doorgaan op donderdag 7 september 1939 ....

Op 1 september vallen de Duitse troepen echter Polen binnen en het wordt plots hoogste tijd om het Belgisch militaire apparaat in de beste paraatheid te brengen. De mobilisatieperikelen verstoren dan ook volledig het gewone leven en de geplande statutaire vergadering wordt uitgesteld naar latere datum.

Het schaakleven valt aldus (bijna) volledig stil en begin januari 1940 ontvangt Leo Ardies van de "VLAAMSCHE SCHAAKBOND" volgend typerend schrijven:

"Ik heb met genoegen vernomen dat het schaakleven in uwe stad nog niet geheel is stilgevallen ....

Hier in Antwerpen lijdt het schaakleven zeer onder den mobilisatietoestand. Vele spelers zijn opgeroepen en andere worden door gebrek aan inkomsten belet de speelavonden te bezoeken. Alle clubs hebben dus veel moeite om op de been te blijven. De bestuursleden hebben dan ook de handen vol om hun club van den ondergang te behoeden. Aan verplaatsingen naar andere steden kan op het oogenblik niet gedacht worden.

Het oproepen van onzen bondssecretaris heeft ook ons gedeeltelijk lamgelegd .... .

Met de afkondiging van de algemene mobilisatie hebben alle clubs (niet enkel schaakclubs, ook andere) dus de grootste moeite om bij gebrek aan spelers hun kampioenschappen te organiseren.

Zo ziet ook de boogschuttersclub, waar lsodoor Verschaeren een trouw lid is, zich genoodzaakt haar activiteiten te staken.

Frans Gijsels (een van onze betere schakers en bestuurslid) is goed bevriend met lsodoor en brengt deze "ongelukkige" boogschutter dan ook prompt in contact met de mooie schaaksport.

De heer Verschaeren wordt zodoende nog net ons laatste nieuw lid vooraleer de 2e Wereldoorlog ook in België zal toeslaan.

Vanaf februari 1940 schijnt het leven in onze club langzaam te hervatten want begin maart hebben 17 leden hun jaarlijks lidgeld (15 fr) betaald en de uitgestelde statutaire vergadering (van 7 september 1939) gaat uiteindelijk door op 7 maart 1940.

De spelers worden er aangemoedigd van meer deel te nemen aan de clubavonden, want:

«Vergeet niet de groote waarheid: hij die blijft staan gaat achteruit in de beweging«.

Het clubkampioenschap wordt georganiseerd in 2 categorieën en start op donderdag 21 maart maar zal door het uitbreken van de oorlog niet beëindigd kunnen worden.

Gezien de penibele financiële middelen van de clubkas ziet het bestuur zich genoodzaakt van het begrip EERELID in te voeren zodat er wat meer zaad in't bakje zou komen;

"dit jaar op voorstel van den voorzitter drie categorieën van leden voorzien op financieel gebied:

Eereleden aan F. 100. - Ondersteunende leden aan F. 50. - Gewone leden aan F. 15, - "

Het nog beschikbare materiaalbestand voldoet niet meer en het bestuur besluit van bijkomende klokken en schaakstukken aan te kopen.

Op zoek naar leveranciers van schaakmateriaal vraagt ons bestuur op 15 maart 1940 aan de Deutsch - Belgische Handelskamer een adressenlijst van Duitse leveranciers van schaakstukken.

Reeds op 19 maart stuurt deze handelskamer haar antwoord, met in bijlage een adressenlijst van potentiële leveranciers.

(Let op de zeer korte responstijd van 4 dagen! Heel wat huidige Ministeries zouden aan deze "blitzschnelle" termijnen een lesje kunnen nemen!)

De schaakklokken worden in Nederland besteld bij de firma "Gebr. Bloemkoper (Riouwstraat 179, s'Gravenhage)". Nadat eerst één schaakklok als monster wordt aangekocht, worden vervolgens zes overige bijbesteld (29 april 1940) aan 4,50 Nederlandse Gulden t'stuk. De betaling ervan gebeurt met postwissel en de klokken worden afgehaald in Roosendaal (bij Leopold De Meyer, Hotel Centraal, Stationsplein) zodat er geen invoerrechten (rembours) dienen betaald te worden!

Om de betaling te kunnen uitvoeren van deze 7 schaakklokjes "Geb. Bloemkoper" (totaal 432,75 fr) schenken de heren Van Hoey en Godts overigens elk 100 fr aan de club op 1 mei 1940.

8. Het eerste oorlogsjaar 1940 - 1941:

Achtereenvolgens heb ik het hier over:

Zoals algemeen geweten vallen de Duitse troepen op vrijdag 10 mei 1940 het neutrale België binnen.

Na de 18 daagse veldtocht eindigt de oorlog (voorlopig) voor België. Vanzelfsprekend is het normale leven grondig verstoord en het clubleven kan zich dan ook slechts langzaam herstellen.

In augustus 1940 lijkt in Mechelen alles min of meer gestabiliseerd en Ardies plant de Statutaire Vergadering op zondag 27 augustus. Hij vraagt hiervoor de toelating van de bezetter en ontvangt hierop volgend schrijven:

"Ortskommandatur Mecheln Mecheln den 17.8.1940

Verwaltungsabteilung

An den

Hernn Leo Ardies.

Mecheln

Leopoldstraat 3

Unter Bezugnahme auf ihr Schreiben vom 16.d.Mns. teile ich Ihnen mit, dass gegen einen Bierabend des 'Mechelschen Schaakclub" keine Bedenken bestehen

.

Der Ortskommandant,

Rittmeister"

(O.K. jongens, begin maar te drinken !)

De club beslist haar normale activiteiten terug te hervatten en op zondag 8 september start het clubtornooi in 2 categorieën. Op 21 september betalen 20 leden hun lidgeld.

De volgende maand neemt Ardies contact op met "Schaakkring Knocke - Zoute Albert-Plage" teneinde ons te kunnen abonneren op hun clubblad. Voor een kleine bijdrage van 10. - fr zullen we voortaan via de Knockenaar C. Roels drie exemplaren ontvangen.

Schijnbaar hervat niet enkel onze club haar activiteiten maar gaat ook "Mechelen Bourse" er terug vol levenslust tegenaan.

Immers, op 1, 2 en 3 november 1940 organiseren zij in opdracht van de Belgische Schaakbond het "Officieel Stedekampioenschap van Mechelen". Het tornooi staat open voor alle schaakliefhebbers en het wordt gewonnen door de Heer Fernand Barthelemy.

O.K., Barthelemys is wel lid van Mechelen Bourse,doch .....kwekeling van onze club !

De nieuwe kampioen, woonachtig op de Speeckvest 24, wordt dan ook prompt door ons bestuur uitgenodigd voor het geven van een simultaan op een donderdag - of zondagavond.

In tegenstelling tot het relatief bloeiende schaakleven in Mechelen blijft in Antwerpen alles doods.

In oktober 1940 dringt onze secretaris (L. Frison) reeds voor de tweede keer bij de "VLAAMSCHE SCHAAKBOND" aan op het hervatten van de interclubwedstrijden, daar ik citeer:

"De schaaksport een der goedkoopste sporten is en voor de beoefenaars tevens het aangenaamste!"

(Chauvinisme of doorzicht?)

Het bestuurslid Lodewijckx van de VLAAMSCHE SCHAAKBOND laat hierop vanuit Antwerpen weten dat de bond zijn activiteiten nog niet kan hervatten (tijdelijk geen bestuur meer). Bovendien is het schaakleven in de Antwerpse clubs tot nul teruggebracht aangezien:

" ...hier s'avonds niemand laat durft wegblijven want in Antwerpen worden nogal veel bommen geworpen ... «

Daar de interclubwedstrijden dus niet georganiseerd kunnen worden (dit wegens een tekort aan actieve clubs en wegens de transportproblemen!) spant het bestuur zich tijdens de oorlogsjaren in om wedstrijden met andere (nabije) clubs te organiseren.

Zo worden er o.a. met volgende clubs concrete afspraken gemaakt:

"Kring het Schaakbord" (Korte Nieuwstraat 44, Antwerpen)

"Cercle Colle" (Taverne Greenwitch, Rue des Chartreux 7, Bruxelles)

"CercleAlekhine" (Chaussée d'Alsemberg 861, Uccle - Bruxelles)

"Vlaamsche Schaakclub Antwerpen" (Taverne 't Koninkske, Wolstraat 5, Antwerpen)

Er zij op gewezen dat deze ontmoetingen, die "uit" en "thuis" werden gespeeld, niet steeds zo vanzelf sprekend waren gezien de Duitse bezetting. Zo diende bijvoorbeeld de thuis-ontmoeting (Mechelen juli 1941) met de "Vlaamsche Schaakclub Antwerpen":

"te beginnen om 14 uur (i.p.v. het geplande 15 uur) om de kamp te eindigen voor 18 uur, dit was noodzakelijk daar onze stad gestraft zijnde iedereen ten laatste te 19.30 uur moet binnenhuis zijn "

De Antwerpenaars bleken trouwens sportieve kerels te zijn aangezien ze de verplaatsing naar Mechelen planden met de fiets.

Een ander voorbeeld van de transportproblematiek is het afspringen van de onderhandelingen met dokter F. Peeters (Leuven) i.v.m. een simultaanvoorstelling. Ik citeer:

"Graag genoeg zou ik U voldoening schenken, doch om naar Mechelen te komen moet men eerst naar Brussel gaan en vandaar naar Mechelen. Hetzelfde geldt ook voorden terugreis. En ik beschik niet meer over mijn auto daar ik geen rijbewijs ontvangen heb"

Begin 1941 ontvangt onze club van de "Antwerpse Schaakkring" een tornooi-aankondiging voor het "Paaschtornooi 1941" en het "Dameskampioenschap van België 1941". Beide tornooien gaan door op 5, 6, 12, 13 en 14 april in hun lokaal (Boxy, Meir 70, Antwerpen) en staan "onder bescherming van den BELGISCHEN SCHAAKBOND en van zijn Gewestelijk Bestuurder Provincie Antwerpen".

Dit schrijven trekt echter vooral mijn aandacht door het gebruik van volgend schitterend artistiek clublogo (of noem je zoiets een clubzegel?) in groene kleur.

Ondertussen is de benaming van (onze concurrentie) "Mechelen Bourse" veranderd in "Mechelse Schaakkring', en op zondag 8 juni 1941 richten zij een massakamp in op 22 Borden tussen Gewest Antwerpen en Gewest Brussel.

Onze club wordt uitgenodigd van:

"een Uwer beste spelers en een invaller aan te duiden om de Antwerpse kleuren te verdedigen«

Aan het deelnemersveld te zien moet er op de topborden van deze massakamp aardig wat geschaakt worden:

GEWEST ANTWERPEN GEWEST BRABANT

1. Gheysen (Antwerpen) 0 - 1 Van Seters (Brussel)

2. Desmet (Schaakbord) 0 - 1 Devos (Colle)

3. Aelbrecht (Antwerpen) 0.5 - 0.5 Defosse (Brussel)

4. Gerits (Schaakbord) 0.5 - 0.5 Lemaire (Cone)

5. Soly (Schaakbord) 0-1 Rubinstein (Brussel)

8. BodartA..(Kring Mech) 0.5 - 0.5 Degreef .(Schaerbeek)

9. Barthelemy (Kring Mech) 0.5 - 0.5 Paris (Cone)

13. Plaquée.(Kring Mech) 0-1 Waynacht(Brussel)

17. Pourveur (Kring Mech) 1 - 0 Kamette.(Alekhine)

19. Frison.(CIub.Mech) 0.5 - 0.5 Duchène (Alekhine)

22. Godts(Club Mech) 1 - 0 Leuribau. (Brussel)

Eindstand: 11 - 11

Gezien deze ontmoeting op 22 borden op 11 - 11 gelijk eindigt wordt er op 6 juli 1941 (opnieuw in Taverne Memlinc) een herkansing gespeeld:

GEWEST ANTWERPEN GEWEST BRABANT

1. Borodine (Antes) 1 - 0 O'Kelly (Colle)

2. Franckx (Schaakbord) 0 -1 Van Seters (Brussel)

3. Priels (Antes) 0 -1 De Vos (Colle)

4. Aelbrechts (Antes) 0,5- 0,5 Defosse (Brussel)

5. Mouravieff (Antes) 0 -1 Lemaire (Cone)

6. Tenson (Antes) 0.5 - 0.5 Rubinstein (Brussel)

19. Frison (Mechelen) 0 - 1 Wynant

Eindstand: 8.5 -11.5

Wanneer je het Antwerps deelnemersveld nauwkeurig bestudeert stel je vast dat de Mechelse Schaakkring (= Kring Mechelen) over sterkere spelers beschikte dan onze club (= Club Mechelen), en het blijft mij dus steeds verwonderen dat die sterkere schaakkring verdwenen is.

9. De aansluiting bij de Belgische Schaakbond:

Mede doordat de VLAAMSCHE SCHAAKBOND er maar niet in slaagt zijn activiteiten te hervatten zoekt ons clubbestuur toenadering tot de BELGISCHE SCHAAKBOND.

Uit het verslag van de werking van ons clubsecretariaat (13 maart 1941) haal ik volgende sfeervolle paragraaf:

"Den huidigen bloei onzer vereeniging is er het bewijs van, het bestuur heeft zich in verbinding gesteld met verschillende vereenigingen ten einde ontmoetingen tusschen de clubs te bewerken als resultaat hadden we de dubbele ontmoeting met "Cercle Colle" van Brussel en met "Kring het Schaakbord" van Antwerpen.

We hebben getracht de Vlaamsche Schaakbond er toe te bewegen zijne werkzaamheden te hervatten, ongelukkiglijk zonder sukses, verschillende brieven werden daartoe verzonden, aan de heer Pittoors, voorzitter, en aan den heer Jacobs, ondervoorzitter, twee brieven aan den voorzitter bleven onbeantwoord, een laatste, in Februari verzonden (21- 2-41) kreeg eindelijk gevolg, de heer Pittoors meld in zijn antwoord dat hij slechts op het einde van 1940 te Antwerpen terug keerde, en dat van eene ontmoeting met zijne club voorloopig geen sprake kan zijn, daar het leven in zijne club nog niet voldoende heropgebloeidt is.

Van de heer Jacobs kwam op 12 dezer een schrijven toe, waarin hij ons meldt dat zijne club bereid is eene ontmoeting met ons aan te gaan, de datum dezer ontmoeting zal bij onderlinge verstandhouding tusschen onze clubs worden vastgesteld.

Uit den wedstrijd met "Cercle Colle"is een uitgebreide briefwisseling met de "Belgische Schaakbond" ontsproten, daar "Cercle Colle" bij dezen bond aangesloten zijnde, met ons geene ontmoeting mocht aangaan tenzij wij het feit eener aansluiting grondig in overweging zouden nemen."

Op de vergadering van de Belgische Schaakbond van 25 mei 1941 is het dan zover. Samen met "Kring Edgar Colle" (Gent), "Kring Alekhine" (Brussel), "Het Brusselsch Schaakbord" (St-Gillis) en de "Schaerbeeksche kring» (Schaerbeek) zal onze "Mechelse Schaakclub" aan de vergadering voorgesteld worden tot aansluiting. Hierdoor heeft onze stad dus twee aangesloten clubs; de "Mechelse Schaakkring" en de "Mechelse Schaakclub MVLO". De aansluiting wordt enige tijd later (21 juli 1941) trouwens bevestigd door volgend schrijven van de Belgische Schaakbond:

Fédération Beige des Echecs le 21 Juli 1941

Affiliée à la F. I. D. E. den

et a l'I. F. S. B.

Belgische Schaakbond

Aangesloten bij de F. I. D. E.

e n d e I. F. S. B.

Aan de Heeren Voorzitter en

Bestuursleden van den

"Mechelsche schaakclub",

Jalle de Paris, 33, Bruul, Mechelen

 

Mijnheeren,

Het Comité B.S.B. in zijne zitting van 25 Mei 1941 en de Algemeene Vergadering in zitting van 21 Juli 1941 hebben bij eenparigheid van stemmen en met gejuich de aansluiting van Uw Kring bij de B.S.B. aanvaard.

wij brengen U hier onze beste wenschen voor den groei en den bloei Uwer vereeniging in het volle vertrouwen dat Uwe werkzaamheid een heilzame invloed zal uitoefenen op de verbreiding van het edel schaakspel.

Intusschen verblijven wij,

Met de meeste hoogachting

De Secretaris-Generaal,

 

L. Demey,

74, Parmastraat, Brussel

 

10. Het tweede oorlogsjaar 1941-1942:

Ik behandel hier achtereenvolgens:

De "Gewestelijke Commiteit van de Provincie Antwerpen (B.S.B.)" houdt op 6 juli 1941 haar algemene vergadering te Mechelen. Dit Gewestelijk Commiteit van de B.S.B. (Belgische Schaakbond) is te vergelijken met de huidige Liga-organisatie.Het Commiteit aanvaard er o.a. het voorstel van de heer Bodart dat in de organisatie van een Gewestelijk Persoonlijk Kampioenschap per afvalling in verschillende klassen voorziet, en bepaalt volgende richtlijnen:

"Deelname: alle spelers aangesloten aan den B.S.B. door het kanaal van hun club. De inschrijvingen moeten gezonden worden aan het Secretariaat van het Gewest met opgave van klas uiterlijken datum 14 augustus 1941. Wij verzoeken de clubs er voor te zorgen een juiste waarde dus niet te hoog geschatte waarde van hun spelers op te geven. Het uitvoerend kommiteit behoud zich het recht voor

1) spelers welke hooger of lager dan hun klas spelen ambtshalve te veranderen.

2) het aantal van sommige clubs om een uitgespreidde deelname te verzekeren te verminderen.

3) indien het aantal deelnemers het beperkt aantal overschrijdt wordt de voorrang gegeven aan de eerst ingeschreven.

Datum en plaats: 24 Augustus: Het Schaakbord te Antwerpen

31 Augustus: De Pion te Deume

7 September: Mechelen (beide clubs)

14 September: Antwerpsche Schaakkring

Klassen en Aantal: lste klas: 4 of 6 spelers

2de klas: 16 spelers

3de klas: 16 spelers

4e klas: 16 spelers

Bijdrage: Voor elke te spelen partij zal iedereen een bordrecht gevraagd worden van fr. 1,50. "

In onze club zelf wordt de jaarlijkse statutaire vergadering gepland op 4 september 1941, en "Der Kreiskommandant Mecheln" (gehuisvest in Bruul 79) heeft hiertegen geen bezwaar. Al de clubleden worden vervolgens schriftelijk uitgenodigd tot het bijwonen van de vergadering en net zoals de voorgaande jaren kunnen zij in dit schrijven ook de richtlijnen voor het toekomstig clubtornooi terugvinden:

"Voor vermeld tornooi zullen gebeurlijk drie klassen volgens speelsterkte voorzien worden, gelieve op te geven in dewelke U wenscht uit te komen, dit enkel tot voorlichting van den tornooileider, die onherroepelijk met zooveel als mogelijk in acht neming van Uw verzoek de paringstabellen zal opmaken.

De uitslag van onderhavig tornooi geeft de rangschikking aan der spelers voor het maatschappelijk jaar 1941-42. Bij goedkeuring v/d tornooileider en bij instemming v/h bestuur kan elk lid in zijn klasse de onmiddellijk voor hem gerangschikte clubsmaat uitdagen tot een kamp, van zes te spelen partijen. Bij gelijkstand blijft de rangschikking ongewijzigd, bij winst v/d uitdager verwisselen beiden onderling van plaats in de rangschikking hunner klasse.

Alsmede elk eerstgerangschikte speler, die ten minste 80% der punten behaald heeft in zijn klasse mag het laatstgerangschikte lid der vorige klasse tot een match in zes partijen uitdagen. Bij gelijkheid van punten is de uitkomst ongedaan, bij winst van de uitdager, komt deze onmiddellijk vóór den verliezer te staan. Matchen kunnen steeds onder twee spelers, volgens overeenkomst aangegaan worden, met een inzet voor de kas van de club. "

Om de club meer "swoeng" te geven beslist het bestuur simultaanvoorstellingen te organiseren voor haar spelers.Onze voorzitter legt daarom schriftelijke contacten met Dhr Aelbrecht R. (De Burburestraat 29, Antwerpen), lid van de "Antwerpse Schaakkring", waarop deze wordt uitgenodigd een simultaan te geven in onze club. Na enig heen en weer geschrijf meldt Leo Ardies op 12 september 41 aan Aelbrecht:

"..Op onze bestuursvergadering van gisteren had Uw antwoord onze volle dankbare aandacht en stellen wij U voor bewuste simultaan te houden volgens Uw voorstel op 20 dezer te 16 uur.

Wat het aantal borden betreft daar laten wij U over beslissen. Volgens het U toegezonden dagblad hebt U kunnen opmaken dat onze Club zich in een bloeiende toestand bevindt.

Het zal een passende inleiding zijn voor ons verplicht jaarlijksch clubtornooi dat begint op Zondag 21 dezer te 14 uur 30."

Als enige vergoeding zal de heer Aelbrecht enkel zijn reiskosten terug betaald krijgen ..... Waar zijn de tijden? Meester De Vos die op 3 mei 1942 een volgende simultaan komt afwerken in ons lokaal is daarentegen minder idealistisch ingesteld. Hij kost de clubkas 120 frank (het lidgeld bedroeg toen 20 frank).

Om de werking van onze club in deze periode te beschrijven kan ik het best de voorzitter (Leo Ardies), de bibliothecaris (Frans Gijsels), de secretaris (Lode Frison) en de penningmeester ( A. Verbist) aan het woord laten. Al de gebruikte teksten stammen uit de jaarlijks statutaire vergadering die doorging op 3 september 1942

De voorzitter:

" Het verslag van dit jaar, al kan het het bewijs niet leveren van het doordrijven onzer opwerking naar een hooger stadium in de schaakwereld, kan toch getuigen van een eervolle bevestiging van de plaats die we reeds ingenomen hadden.

De volgende opsomming onzer prestaties zal er iedereen van overtuigen:

Simultaan Aelbrecht; clubtornooi; Kerstmistornooi in Café Memlinc; de officieele interclubs voor provincie Antwerpen; Simultaan Devos; de massakamp Antwerpen Brabant; twee ontmoetingen met Cercle Colle van Brussels twee ontmoetingen met de Vlaamsche schaakclub van Antwerpen; en een Sneltornooi in de Club zelf ....

De simultaan Aelbrecht verschaft ons 4,5 punten op 10. Den Heer Aelbrecht is weliswaar geen prima Simultaan speler maar toch geen beginneling in deze specialiteit, daarom aanzie ik deze uitslag als goed. De simultaan Devos, integendeel, geeft ons maar twee punten (deze van Mr. Gijsels en van Mr. Frison) op 12 borden door onze leden bezet, de zeven andere borden zijnde bezet door uitgenoodigde spelers niet leden ....

Maar achteruit zijn we niet gegaan. Hiervan zullen de Interclubs het bewijs leveren. Zooals men weet werden deze slechts betwist in 2de 3de en 4de categorie. Nemen er aan deel: De Mechelse Schaakkring, het Schaakbord van Antwerpen, De Pion ook van Antwerpen en wij .....

Over het Kerstmis tornooi ingericht door de Mechelse Schaakkring valt er weinig te zeggen; deze manifestatie genoot niet veel bijval, twee spelers uit Antwerpen en drie van onze club, was de geheele opkomst ! .....

De uitslag (van het clubtornooi) luidde als volgt.,

1. Gijsels kampioen (de gewoonte is een tweede natuur)

2. Godts 3.Verbist 4.Peeters 5. Frison 6. Ardies

Niet geklasseerd Mr Winkler die het tornooi niet heeft kunnen uitspelen.

De tweede categorie:

1.Verbist 2. Verbeeck …"

Ook het verslag van de clubsecretaris (schaakjaar 1941-1942) is vol lof voor de club en alles wijst erop dat onze club terug bergop gaat. Het bestuur stelt tevreden vast dat er 27 regelmatig aanbetalende leden zijn.

Ook de Belgische Schaakbond schat de toekomst rooskleurig in want, zij wil het schaken propageren door tussenkomst van de Ex-Wereldkampioen Max Euwe.

Uit een verslag van de B.S.B. (16 november 1941) citeer ik volgende interessante paragraaf:

"Euwe-rondreis: In Februari 1942 zal Grootmeester Euwe enkele dagen in België vertoeven met het eenige doel zooveel mogelijk de Bureauleden B.S.B. te steunen in hun propaganda. Een tornooi zal te dier gelegenheid betwist worden waaraan Meester Euwe zal deelnemen alsmede de meesters Devos, O'Kelly, van Seters, Soultanbeieff en Perlmutter. Bij verhindering van een dezer zou beroep gedaan worden op Mr. Defosse. Het tornooi zal gespeeld worden te Brussel van 1 tot 5 Februari.

Daarop zal een reeks van 3 simultaanvoorstellingen volgen, de eerste te Brussel op 6 Februari, de tweede te Antwerpen op 7 en de derde te Gent op 8 Februari. Het voorgelegde ontwerp van budget voorziet een uitgave van circa 4.000 fr, daarin begrepen de uitgeloofde prijzen van 500, 300 en 200 fr, de reis- en verblijfskosten van Meester Euwe, het aan te bieden geschenk, het drukken en plaatsen van plakbrieven."

 

Op 1 februari 1942 meldt het bestuur B.S.B. dat Meester Max Euwe laat weten dat hij zijn bezoek aan België zal moeten uitstellen tot april. Uiteindelijk zal Meester Euwe geen toelating krijgen van de Duitse autoriteiten om naar België te komen en zal het hele project in de ijskast belanden.

11. De oorlogsjaren (1942-1944):

Van deze periode heb ik maar zeer weinig clubarchieven terug gevonden. Onthouden we dat er jaarlijks zo rond de 20 à 25 betalende leden zijn en dat de deelname aan onze clubactiviteiten terug valt. Bij de concurrentie (de Mechelse Schaakkring) tracht men daar schijnbaar iets aan te doen want op 11 april 1943 staat er op 15.00 uur een voordracht over "Schaken" door Meester F. Van Seters op het programma. Overigens is de kampioenstitel van Mechelen (weer) weggelegd voor A. Bodart van de Mechelse Schaakkring die ook in het Kampioenschap van België 1943 zijn mannetje zal staan (Eerste Plaats in het "Lager Tornooi").

Ons eigen clubbestuur moet zich buiten het clubkampioenschap (14 inschrijvingen - clubkampioen wordt A. Verbist) en het thematornooi (opgelegde opening - 12 spelers) nog steeds behelpen met vriendschappelijke interclubontmoetingen en ... de welwillende hulp van haar leden. Ik citeer volgende brief:

" Mechelen 12 januari 1944

Waarde schaakmakker,

Het bestuur der Mechelse Schaakclub, M. V.L.O., neemt de gelegenheid te baat, U met zijn beste wenschen voor het nieuwe jaar, tevens zijn welgemeenden dank te betuigen, voor de kolen die gij ons geschonken hebt. Zonder deze hulp ware het ons niet mogelijk het Xmas tornooi, met eenige kans op welslagen te laten doorgaan, dat het thans een waar succes is geworden is dan ook aan uwe tusschenkomst te danken en het bestuur zal er U steeds dankbaar voor blijven"

12. De Belgische Schaakbond:

Enkele archieven handelen over de B.S.B./F.B.E., waardoor ik hier enkele "wetenswaardigheden" kan belichten

In deze oorlogsperiode bestond het bestuurscomité o.a. uit:

De penningmeester was Dhr. R. Boddart (Steenweg op Thorout, 38, Oostende) met als postrekening 735.46 voor de B.S.B.

Op 28 juni 1942 heeft de B.S.B/F.B.E. haar Algemene Vergadering waar de Algemeenen Secretaris, Mr. Demey,een (lang) verslag voorleest. Hij is sinds 1932 voorzitter en vraagt nu aan het bestuur om naar een vervanger uit te kijken.

Hij beklaagt er zich over dat in sommige clubs de kringleiders in een zachte slaperigheid gedompeld zijn,dit terwijl "de kringen waarvan de Comiteiten ijverig zijn gebleven, hebben hun aantal werkelijke leden zien vergrooten. ".

Overigens schat hij het aantal schakers aangesloten bij de verschillende clubs op 1100, maar spijtig genoeg betalen de verschillende clubs niet voor iedereen de verplichte bijdrage van 2,- Fr per jaar.

Voor het seizoen 42/43 werden er voor 798 leden bijdragen betaald, waaronder Cercle de Bruxelles (150), CREG (Koninklijke Gentsche Schaakkring) (66), Cercle Colle (40), Braine I'Alleud (27), Namen (25), Ruy Lopez (21), Charleroi (18), Schaakclub Mechelen (17), Schaakkring Mechelen (15), Ronse (10) en de B.V.B.S.-A.J.E.C. (200).

 

Deze laatste, de Belgische Vereeniging van Briefwisselende Schaakspelers (B. V.B. S.), is dus ook lid van de B.S.B.en heeft als secretaris ene Op De Beeck Jos (W. Van Laethemstraat 63, Evere-Brussel).

Midden 1942 krijgt deze vereniging er een ongewenste concurrent bij wanneer P. Van de Walle (Martelaarslaan 178, Gent), op 3 januari 1943 aan de B.S.B. (Dhr Demey) laat weten dat hij met enkele vrienden (waarschijnlijk de heren Gooris(?) en de Vleeschouder) midden 1942 HET BELGISCH SCHAAKBORD (Schaken door briefwisselingenproblemen) heeft opgericht.

HET BELGISCH SCHAAKBORD telt begin 1943 al zowat 165 leden en zal in de toekomst nog verder uitgroeien.

Teneinde de kringen (en hopelijk ook de spelers) beter te informeren over het schaakgebeuren in België besluit de B.S.B. tot het verspreiden van een "Berichtenblad", waarvan het eerste nummer verschijnt in het najaar van 1943.

Ik lees hierin:

"Kampioenschap van België 1943

Uitslagen Hooger Tomooi

1.Meester Soultanbeieff (Bondskampioen 1943) 8 op 10; 2/3 Meester OKelly (Kampioen van België) en Meester Fr. Van Seters 7 1/2; 4. Ambuhl 7,- 5.Borodin 5 1/2; 6. Gerits 5; 7/8 E. de Mey en van Lennep 4; 9. Vaver 3; 10. Plavchitch 2 ; 11. Limont-lvanoff 1 1/2

Lager Tomooi

1. A. Bodart (Kampioen van België) 3 1/2;

2. Colombin 3;

3/4. Patriarche en Hottart 2 1/2;

5. Mollekens 2 ;

6. Lisenberg 1 1/2

Kampioenschp van België voor Dames

1. Mme Cuypers (Kampioene van België) 5,- 2. Mej. de Gronckel 4; 3. Mme Bollekens 3; 4. Mme Davies.

Kampioenschap van Mechelen

1. 0. Bodart 6 1/2;

2. A. Verbist 6;

3. F Barthelémy 5;

4. L. Frison 3 1/2;

5. J. Ghyssels 2 1/2;

6. Godts 2,;

7. Plaquée 2;

8. Lambrechts 1/2"

"Rangschikkingslijst

Buiten klassering: Meester O'Kelly, Kampioen van België

1. Meester Souitanbeieff (9.43), 2. F Van Seters(9.43); 3. Ambuhl (9,43); 4. Borodin (9.43); 5. Gerits (9.43); 6. E de Mey (9.43); 7. Perlmutter (4.42); 8. F. Conser (4.42); 9. P De Vos (12.4 l); 10. Van Hoorde (12.4 l); 1 1. M. Defosse (10.42); 12. R. Soly (2.43); 13.Korganoff (6.43); 14.van Lennep (9.43); 15. Vaver (9.43); 16. Plavchitch (9.43); 17.Limont-ivanoff (9.43); 18. Stuyts (6.43); 19. Janovchik (2.43); 20. Franck (2.43)..

Zoals je ziet waren er in 1943 maar 20 geklasseerde spelers!

Voor de strebers onder ons wil ik nog even vermelden dat Professor Elo in die tijd nog niet gecontacteerd was door de FIDE en dat de klassering der spelers volgens erg rudimentaire spelregels gebeurde die ik niet heb kunnen achterhalen. Gelukkig vond ik wel een voorstel tot nieuw rangschikkingreglement opgesteld door M. Wagemans .

Gezien de interessante inhoud herneem ik het voorstel hieronder volledig:

"l. De spelers der eerste klasse worden ingedeeld in geklasseerde en niet-geklasseerde spelers. Zij worden ieder jaar aangeduid door de Schaakvereenigingen; deze kunnen die spelers schrappen welke volgens hun meening aan de vereischte voorwaarden niet voldoen om op de spelerslijst voor te komen.

2. Het stelsel Sonnen-Berger zal de ex-aequo's van elkaar scheiden in alle tornooien.

3. De Belgische kampioen en de kampioen van de B.S.B. zullen tot aan den eerstvolgenden kampioenschapswedstrijd, respectievelijk de eerste en tweede plaats bekleeden op de rangschikkingslijst.

4. De kampioen der tweede klasse zal ambtshalve ingeschreven worden op de laatste plaats van de groep spelers die geklasseerd zijn in de eerste klasse.

5. De rangschikkingslijst zal gedurende het heele jaar van kracht blijven en de rangschikkingsorde zal strikt in acht genomen worden wanneer de deelnemers dienen aangewezen worden voor de, onder toezicht van de B.S.B. ingerichte tornooien en wedstrijden.

6. De lijst der geklasseerde spelers zal nochtans kunnen gewijzigd worden

a) door een jaarlijksche rangschikkingstornooi waarvan de modaliteiten verder in groote trekken worden uiteengezet

b) door den Belgisch -Kampioenschap-Wedstrijd

c) door de tornooien welke onder het toezicht staan van den B. S. B.

d) door de uitdagingstweekampen

7. De titel "Meester" zal nog alleen toegekend worden aan een Belgisch speler. Verder zal geen enkel voorrecht gehecht worden aan die benoeming die alleen een eeretitel mag zijn.

8. Jaarlijksch rangschikkingstornooi - Geen prijzen.

Deelnemingsrecht: Fr. 100.-. De reiskosten worden vergoed. Duur: vier zondagen. Elken zondag zal de koppeling der spelers vastgesteld worden door loting. De geklasseerde spelers die niet zouden deelnemen aan dit tornooi zullen gerangschikt worden na de deelnemers.

9. Wedstrijd om het Belgisch Kampioenschap - Deelnemers: De kampioen van België, de kampioen van de B. S. B., twee spelers van den inrichtenden kring, de andere geklasseerde spelers volgens de rangorde der lijst. Minstens 60% der deelnemers moeten Belgen zijn. Deze verhouding zal opgevoerd worden tot 100% zoodra het mogelijk is.

10, Wijzigingen in de rangschikkingslijst - Wanneer in een tornooi onder toezicht van de B.S.B., buiten den Belgischen-Kampioenschapswedstrijd, een speler zich plaats voor een ander geklasseerd speler en als de klassering staat op hoogstens drie plaatsen, dan zullen de spelers onder elkaar van rangorde verwisselen.

B.VB: nr 6 streeft nr 3 voorbij. Deze neemt de zesde plaats in en eerstgenoemde bekleedt de derde plaats. Wanneer de de klassering gaat over meer dan drie plaatsen: zal de speler, die een beter geklasseerde speler voorbij steekt, niet van plaats veranderen maar hij zal één der voorbijgestoken spelers mogen uitdagen. Wanneer de uitdager den uitdagingskamp wint, zullen de twee spelers hun rangplaatsen ruilen. Ingeval de uitdager verliest of in geval van exaequo zal het status-quo blijven.

11. Uitdagingen - leder geklasseerd speler heeft het recht één der drie spelers die hem voorafgaan op de lijst uit te dagen. Indien de speler niet geklasseerd is (zelfs zoo hij vroeger één der eerste plaatsen bezet heeft), kan hij slechts één der drie laatstgeplaatste spelers uitdagen. Wanneer de uitdager de overwinning behaalt zullen de tegenstanders hun plaatsen ruilen. "

In 1944 roept de B.S.B. (onder impuls van Demey) haar clubs op tot het organiseren van allerlei schaakcompetities ten voordele van de "TEHUIZEN LEOPOLD lII". De finale zou doorgaan in het hotel van Zijne Hoogheid Prins de Ligne te Brussel op 8 en 9 juli 1944. In Antwerpen plannen ze een kwalificatieronde in de maand juni voor de hele provincie, maar voor de Mechelaars is het "onmogelijk gevolg te geven gezien bijzondere omstandigheden gevolge luchtbombardementen".

Mogelijk is dit antwoord ingegeven door het feit dat ons clubbestuur niet het verhoopte dienstbetoon kan losweken bij de Belgische Schaakbond.

Ik verwijs hier naar een schrijven van Op De Beeck Jos (Vlaamse Secretaris van de Belgische Schaakbond) aan de heer Frison (onze secretaris):

 

"14 april"

Mijnheer Frison,

Ik schrijf U in mijn hoedanigheid van Vlaamsch Secretaris van den B. S. B. en van de B. V. B. S. en in opdracht van den Heer Demey, wien U op 29 maart I./. een brief schreef om tusschen te komen ten voordeele van één uwer vrienden, die aangehouden werd.

Wat nu de tusschenkomst ten behoeve van den gevangene betreft, wil ik vooraf een hartig woordje met u spreken over zekere zaken die niet al te goed door den beugel kunnen.

U wendt zich tot den Heer Demey omdat hij regelmatig in contact is met Z H. Prins de Ligne. Nu, indien dit zoo is, dan komt dat vanwege de actie ten bate van de "Tehuizen Leopold III", bij name de inrichting van den Schaakgala, verkoop van bons, loterijbiljetten, etc., gevoerd door den Belgischen Schaakbond, zegge in de 1e plaats: de Heer Demey.

U neemt dus deze gelegenheid te baat om, in een particulier geval, de diensten van den h. Demey te vragen, daar U weet dat deze Heer door zijn inspanning voor den B.S.B. en voor de Tehuizen Leopold III, en enkel en alleen daardoor, in betrekking staat met den Prins.

U heeft daarmee niet het minste kwaad gedaan en met genoegen zou de Heer Demey zijn bemiddeling verleenen om een ongelukkige te helpen,

Maar, vindt U dan ook niet, dat het nogal een zwaren slag op de maag van den heer Demey is, wanneer hij in een Mechelse krant een bericht leest over U en Uw schaakclub MVLO waarin niet de B.S.B. of de B. V.B.S. (waarvan de Heer Demey voorzitter is) maar "Het Belgisch Schaakbord" in de hoogte gestoken wordt en waarvoor aldus publiciteit gemaakt wordt. Nochtans, U, als afgevaardigde van uw club bij den B.S.B., moet weten dat die vereeniging buiten den B.S.B. staat, dat er een conflict bestaat tusschen de B. V.B.S. en de leiders van die vereeniging . . , dat U als aangeslotenen bij den B. S.B. het recht niet hebt deel uit te maken van een niet-aangesloten groepering en er dus voorzeker geen publiciteit moet voor maken.

Bekent U met mij dat zulke handelswijze moeilijk goed te praten is ? Wanneer U een dienst te vragen hebt, dan wendt U zich niet tot Gent maar wel tot den Heer Demey, nietwaar? Dunkt het U niet dat U dan, zelfs wanneer U in de B. V.B.S. niet wilt spelen, hoewel ikzelf U gevraagd heb en zelfs heb moeten aandringen om propaganda te mogen maken bij Uw leden, gevoeglijkheidshalve de ophemeling in de krant van den kring buiten den Bond zoudt kunnen achterwege laten. Wij vragen uw lidmaatschap in onze vereeniging niet, maar bega a. u.b. zulke flaters niet meer, want had U te doen met andere menschen dan den Heer Demey, dan kwam ervan dienstbewijzen niets terecht in de zaak die U aanbelangt.

 

Wie de gevangene was kan ik niet meer achterhalen, maar ik vrees dat er van dienstbetoon niet veel terecht gekomen is.

Zonder mij trouwens te willen uitspreken over het geleverde werk van Dhr Demey wil ik er toch op wijzen dat in de hedendaagse begroting van de KBSB (Koninklijke Belgische Schaakbond) een financiële post "legaten Demey" voorkomt ! Hieruit blijkt toch wel dat deze heer "zijn" bond een warm hart toedroeg.

 

13.De wonderbaarlijke bevrijding:

U weet ongetwijfeld dat de invasie van de geallieerde troepen in Normandië ("D-day") plaats vond op 6 juni 1944 en een definitieve ommekeer betekende in de oorlog. Maar weet U ook dat Mechelen bevrijd werd op dinsdag 3 september 1944, net voor onze jaarlijkse statutaire vergadering ?

Het oorlogsgeweld was daarmee echter niet geweken, en op 29 november 1944 werd onze club bijna van haar voorzitter beroofd. Ardies was toen namelijk op weg naar de St-Elisabethkliniek om er iemand te bezoeken wanneer plots voor hem een vliegende bom insloeg in de Stassaertstraat en de kliniek behoorlijk getroffen werd. Resultaat: 22 doden en 58 gewonden. Ardies beweerde dat hij aan de dood ontsnapt was door zijn passie voor het schaakspel, hij was voordien immers eerst nog een boekenwinkel binnengegaan voor een schaakboek, waardoor hij nog net niet in de kliniek was aangekomen.

Op 5 augustus 1945 (weet je wat er de dag nadien in Japan gebeurde?) werd er door de "Afdeeling ANTWERPEN -LIMBURG" van de Belgische Schaakbond een vergadering gehouden met de verschillende clubs. De voorzitter is Fr. De Smet (hij was politiek gevangene in Duitsland en pas teruggekeerd sinds enkele weken), de ondervoorzitter Van De Wouwer en de secretaris M. Geens (Kruisbaan, D. 146, Putte). Onder de aanwezigen, vertegenwoordigers van o.a. de Schaakfederatie van den Antwerpschen Handel (H. Baelen), de Boomsche Schaakclub (Pr. Amelinck en de Schaakkring-Duffel in wording (A. Segers).

Er werd beslist een Gewestelijk lnterclubkampioenschap te organiseren met voorrondes. De 2 Mechelse clubs speelden samen met Boom, Duffel, Lier en Putte in de reeks Gewest Mechelen. Dit lnterclubkampioenschap startte op 23 september en de wedstrijden gingen door op zondagnamiddag vanaf 13.30 uur.

Uit het (povere) jaarverslag van september 1945 leid ik af dat er nog slechts 18 betalende leden zijn (lidgeld is 15,Fr) en dat het bal 500,- Fr moet opbrengen. Zoals in het verslag vermeld hebben de "tijdsomstandigheden" (wat die ook mogen zijn) Ghysels verhinderd zijn functie als bibliothecaris verder te zetten en De Nies heeft de taak verder overgenomen. Hij stelt echter vast dat er zeer weinig respons is van de leden en dat er bijna geen boeken worden uitgeleend. Aan onze huidige bibliothecaris, Jan Marien, de vraag of er dan nu zoveel veranderd is.

 

14. Epiloog:

Op het einde van de oorlog worden de Belgische dienstplichtigen o.a. belast met allerlei bewakingsopdrachten van de Duitse krijgsgevangenen. De 19-jarige dienstplichtige René Gooris leert er tijdens zijn bewaking in de Limburgse koolmijnen van de krijgsgevangen, de spelregels en de trucs van het schaakspel. Hij zal zich vervolgens in 1946 aansluiten bij de Mechelse Schaakclub.

Later, veel later zal zijn zoon Jan het schaken ook onder de knie krijgen. Maar … dat weet U al.

In een volgend deel hoop ik U de naoorlogse periode te kunnen uiteenzetten.